Van Wolfhagen naar Schinveld
Van Wolfhagen naar Schinveld

Van Wolfhagen naar Schinveld

bVision & Photography

Rond 1780 verliet Willem het hoofdkwartier van de bokkenrijders in het Schinse Wolfhagen, op weg naar Schinveld. De jacht op zijn gezellen was in volle gang, maar eerst wachtte hem een snelle klus in Amstenrade. Samen met zijn compaan vertrouwde hij erop dat niemand zich zo vroeg in de dag zou afvragen waar ze naartoe gingen. Dit moest snel en stilletjes gebeuren voor ze zich onder de bescherming van de nacht naar Schinveld konden verplaatsen. Bij de boerderij aan de rand van Amstenrade heerste een kille stilte. De boer werkte op het land, zijn vrouw was een maand geleden gestorven—geen ogen die hun komst zouden verraden. Zonder aarzelen doorzochten ze het huis en verdwenen met geld, sieraden, voedsel en brood. Zelfs een paar schinken ging mee; meer konden ze niet dragen. De toren van het kasteel rees in de verte op. Daar, achter de stenen muren, zetelde graaf Claude de Marchant d’Amsembourg van Amstenrade. De verbouwing van het oude kasteel was in volle gang, maar het had zijn lugubere functie niet verloren: de terechtstellingen van bokkenrijders gingen onverminderd door. Rondom het kasteel lagen bossen, waar de bokkenrijders een geheime schuilplaats hadden ingericht.

bVision & Photography

De tocht naar Schinveld moest door open terrein en kon pas in de nacht worden aangevat. Tot die tijd zochten ze dekking in het bos. Ze bereikten de ingang van hun schuilplek, een oude onderdoorgang naar het kasteel die was dichtgegooid vanwege de verbouwing. Maar de bokkenrijders kenden de waarheid, aan de andere kant lag een grote kelder, hun verborgen toevluchtsoord. Ze waren net in de beschutting van een zijgang toen plots de kapitein van de wacht en zijn ruiters de poort doorschoten, hun komst verried een dreigend onheil. Dit hadden ze niet verwacht; de ontdekking van de diefstal ging sneller dan gehoopt. In de schaduw van de oude gangen hielden ze hun adem in, luisterend naar het kletteren van de hoefijzers op de keien. Pas toen de dreiging voorbij was, daalden ze af naar hun geheime ruimte. Bij een koude maaltijd, waar gestolen waar altijd goed smaakte, bespraken ze hun plan. Zodra de duisternis hun bondgenoot werd, vertrokken ze naar Schinveld. Tot op de dag van vandaag is de kelder met de gestolen goederen nooit gevonden.
Ik maakte er afgelopen week een lange wandeling met mijn vrouw. Ik kwam alleen thuis…

bVision & Photography

bVision.nl een Parkstad Limburg blog

21 reacties

  1. Dat is echt een verhaal met cliffhanger…… het ziet er luguber uit daar dus ik maak me zorgen om “jouw schat” die misschien wel in die duistere krochten aan die andere schat is toegevoegd!

  2. Marlou

    Ha Sjoerd, wat een goed geschreven spannend verhaal!
    En je vrouwe?? Waar is zij nou?
    Of kwam ze gewoon later thuis omdat ze eerst boodschappen had gedaan… “-)

    Groetjes en prettig weekend van Marlou

  3. mogge Sjoerd
    een mooie sage , althans dat vermoed ik , wat zich afspeelde in roerige tijden
    dus je mocht nog weer terug , opzoek naar je vrouw 🙂

    geniet de dag

Reacties zijn gesloten.